De Japanse Bobtail is een slimme, lieve kat, die het gelukkigst is als ze onder de mensen is. Ze heeft een zachte, melodieuze stem die de harten van luisteraars verovert.
De Japanse Bobtail is intelligent genoeg om haar naam te leren en daar op te reageren.
WGewichtsklasse:
Katers: gemiddeld: 3-5 kg
Poezen: klein: <3 kg
Oogkleur:
amber, aqua, blauw, koper, groen, goud, hazelnoot, twee verschillende kleuren ogen, oranje, geel
Verwachtingen:
Levensduur: 9-13 jaar
Sociale/aandachtsbehoeften: hoog
Neiging tot verharen: laag
Vacht:
Lengte: kort, gemiddeld, lang
Eigenschappen: zijdezacht, steil
Kleuren: wit, zwart, rood, bruin, blauw, crème, Mi-Ke (driekleurig/calico (schildpad met wit)), schildpad, zilver, verdund schildpad
Patroon: effen, schildpad, tweekleurig, driekleurig/calico (schildpad met wit), cypers, gespikkeld, smoke (donker op een zilverwitte ondervacht), shaded (donker op lichtere ondervacht)
Minder allergeen: nee
Totale behoefte aan verzorging: Laag, Gemiddeld
Officieel erkend:
Erkend kattenras:
NKFV, FNK, NRKV
Gangbaarheid: zeldzaam
De Japanse Bobtail is een kat van gemiddelde grootte dat zowel kortharige als langharige varianten heeft. De katers zijn groter dan de poezen. Het zijn lange, slanke katten met veel spierweefsel waardoor ze hoog kunnen springen.
De kop van de Japanse Bobtail is een gelijkzijdige driehoek, met lange, rechtopstaande oren bovenop de kop die licht naar voren buigen. De jukbeenderen zijn prominent aanwezig. Vanaf de voorkant gezien zijn de ogen rond, maar vanaf de zijkant zijn ze amandelvormig. De neus vertoont een lichte glooiing. De achterpoten van de Japanse Bobtail zijn langer dan de voorpoten, maar toch staat ze horizontaal. De van nature korte, geknikte staart is net zo uniek als een vingerafdruk: er zijn er geen twee gelijk. Deze staart is vol en compleet, met hetzelfde aantal wervels als van katten met een lange staart. De staart is korter dan die van de andere rassen, maar is toch nog zichtbaar. De knikken in de staart zorgen ervoor dat de vacht op de staart uitwaaiert of uitstaat, wat doet denken aan een konijnenstaart. De langharige Japanse Bobtail krijgt door de extra lengte van de vacht op de staart een pluimstaart.
De vacht van de Japanse Bobtail is zacht en zijdeachtig met een dunne ondervacht. De korthaar Japanse Bobtail heeft een korte vacht, en hoewel de vacht van de langhaar inderdaad langer is dan die van de korthaar, is deze toch slechts gemiddeld in lengte. De lengte van het haar valt meer op aan de achterkant van de poten waar de vacht een zogenaamde 'broek' vormt, rond de nek en op de buik en staart.
Persoonlijkheid:
De Japanse Bobtail is een actief, lief, aanhankelijk en erg intelligent ras. Japanse Bobtails zijn graag bij mensen en kunnen, naar het lijkt, eindeloos spelen. Ze leren hun naam en reageren er op. Ze brengen speeltjes naar mensen en kunnen uren achter hun favoriete speeltje aanrennen. Japanse Bobtails zijn sociaal en zijn op hun best in het gezelschap van mensen. Ze nemen het huis over en voelen zich niet geïntimideerd. Als er een hond in huis is, dan is de Japanse Bobtail de baas. Hoewel ze redelijk goed kunnen opschieten met andere kattenrassen, geven ze de voorkeur aan het gezelschap van andere Japanse Bobtails. Ze worden 'kliekerig' genoemd, omdat ze langdurende vriendschappen sluiten met katten uit hun eigen nest.
Japanse Bobtails zijn nooit vergeten dat zij werden aanbeden door de keizerlijke familie van Japan, dus ze beschouwen alles in huis automatisch als hun bezit. Ze hebben een zachte, lieve, melodieuze stem en gebruiken deze om mensen te verleiden hen alles te geven wat hun hartje begeert.
Verzorging:
De verzorging van een Japanse Bobtail is eenvoudig. Japanse Bobtails kunnen goed wennen aan een bepaald dagritme, zolang ze speel- en knuffeltijd krijgen met hun baasje. Hoewel ze geen schootkatten zijn, willen ze wel graag bij je zijn en naast je zitten en slapen. Omdat ze hoog kunnen springen, hebben ze zitplankjes nodig, zodat ze genoeg lichaamsbeweging krijgen. Ze houden van interactieve speeltjes, zoals hengels met veren eraan en ze zullen hoog springen om ze te vangen.
Japanse Bobtails bewegen over het algemeen genoeg om op gewicht te blijven. Ze zijn dol op tussendoortjes, of dit nu een kattensnack of een hapje van jouw eten is. Hierdoor is het gemakkelijk ze te veel te verwennen, waardoor ze toch te zwaar worden.
Geschiedenis:
De Japanse Bobtail is sinds de 6e eeuw bekend in Japan. De Gotokuji tempel en de Niko tempel stellen nog steeds antiek Japans houtsnijwerk en schilderijen tentoon die de Japanners prachtig vinden vanwege hun speciale Bobtailkat. De Japanse Bobtail wordt beschouwd als een van nature voorkomend ras, dat niet door fokprogramma's is gecreëerd.
De Japanse Bobtail werd oorspronkelijk gehouden door mensen die zijderupsschuren hadden, omdat het ras van onschatbare waarde werd geacht als muizenvanger. De Keizerlijke familie was echter zo dol op de Japanse Bobtail dat de katten alle privileges kregen van de heersende klasse, en werden vereerd en in de watten gelegd als leden van het koninklijk huis. De legende wil dat een van de grote keizers de Japanse Bobtail zo'n mooie kat vond dat hij een decreet uitvaardigde dat alleen hij deze kat mocht bezitten en fokken. Als hij een audiëntie gaf in de Keizerlijke tuin, nam hij zijn Japanse Bobtails mee, aan rode, zijden riempjes.
De Japanse Bobtail wordt beschouwd als een gelukskat: als je er een hebt zou dat voorspoed en geluk brengen. De driekleurige Japanse Bobtail, of Mi-Ke (spreek uit als 'mie kee'), brengt het meeste geluk, waarschijnlijk omdat de meeste driekleurige katten poezen zijn en om die reden nog meer mooie Japanse Bobtails voortbrengen. Het bekende Japanse beeldje van een kat met een opgeheven pootje dat Maneki Neko (wenkende kat) wordt genoemd, is een artistieke interpretatie van de Bobtail. Deze beeldjes staan vaak in Japanse winkels omdat winkeliers geloven dat ze goede mensen aantrekken.