Rennen met je hond: hoe begin je ermee

Lichaamsbeweging is een belangrijk deel van de fysieke en mentale gezondheid van je hond - en ook van die van jou! Hoewel er veel geschikte activiteiten zijn die jullie samen kunnen doen, is rennen met je hond een uitstekende manier om calorieën te verbranden en voor jullie allebei stress te verlichten.

Te weinig beweging is een van de meest voorkomende redenen van de gewichts- en gedragsproblemen waar baasjes van honden mee te maken krijgen. Als puppy's en volwassen honden niet genoeg uitlaatkleppen hebben voor hun energie, kunnen ze verveeld en gefrustreerd raken en destructieve neigingen krijgen. Als je hond gaat kauwen aan het meubilair is dat niet alleen vervelend voor jou, maar ook gevaarlijk voor hem. Vraag je je af hoe je kan beginnen te rennen met je hond? Wij hebben het antwoord. Rennen heeft voor je hond dezelfde voordelen als voor jou – dus trek je loopschoenen aan en zoek dezelfde wegen en paden op waar je zelf altijd jogt.

Denk er altijd aan dat snuffelen een heel belangrijke activiteit is voor honden. Ontdekken en snuffelen is hun equivalent van ontspannen met de krant of het laatste nieuws van je vrienden horen voor jou – het is hun manier om achter de nieuwste 'hondenroddels' te komen! Het is geweldig als je hond graag met je rent, maar zorg ervoor dat het grootste deel van jullie tijd buiten besteed wordt aan kalme wandelingen op plekken waar hij de mogelijkheid heeft om de laatste nieuwtjes te weten te komen!

Wat neem je mee als je gaat rennen met je hond

Als je besloten hebt ermee te beginnen, wil je er zeker van zijn dat je alle benodigdheden bij je hebt om alles veilig en comfortabel te houden voor jullie allebei. Zorg ervoor dat je de volgende dingen meeneemt wanneer jullie samen gaan rennen:

• Een veilig tuigje met adequate identificatie
• Extra water voor hem (hij moet immers ook gehydrateerd blijven)
• Poepzakjes om uitwerpselen mee op te pakken en weg te gooien
• Een stevige lijn, handsfree of standaard, die niet breekt als je hond enthousiast wordt en plotseling van snelheid verandert
• Snacks voor wanneer je hond extra calorieën nodig heeft als jullie lang gaan rennen

Weer of geen weer...

Het is belangrijk om goed op het weer te letten. Honden reguleren hun lichaamstemperatuur niet op dezelfde manier als jij (ze zweten bijvoorbeeld niet), dus kunnen ze gevoeliger zijn voor extreme temperaturen. Als het te heet is, kan je hond een zonnesteek krijgen; als het te koud is, kan hij bevriezen. Sommige honden zijn ongeacht het weer graag buiten, terwijl andere al terug naar het bankstel afdruipen als ze een plas water zien. Sommige hondenrassen, zoals rassen met platte neuzen, kunnen zelfs bij het wandelen erg slecht tegen hitte. Zorg er dus voor dat je weet wat jouw individuele hond nodig heeft en vraag bij twijfel de dierenarts om advies.

Voordat je begint met rennen met je hond, moet je een aantal persoonlijke voorzorgsmaatregelen nemen. Ten eerste moet je er zeker van zijn dat je hond wel graag wil rennen! Niet alle rassen hebben behoefte aan meer dan een regelmatige wandeling. Een Bordercollie of een andere actieve herders- of werkhond zal graag een aantal kilometer met je meerennen, maar een gedrongen schoothondje zal zich waarschijnlijk niet zo snel bewegen als jij wilt. Als het echter erop lijkt dat rennen voor jullie allebei een plezierige activiteit zal zijn, ben je klaar om de volgende stappen te nemen.

Fysiek vermogen

Het fysieke vermogen van je hond is misschien wel net zo belangrijk als zijn verlangen om te rennen. Leeftijd speelt een belangrijke rol bij het beslissen hoe en wanneer je met hem wilt gaan rennen. Voor grote rassen wordt het niet aangeraden om lange afstanden te gaan rennen voor hij volwassen is. De reden is dat de botten en de gewrichten van een groeiende puppy kwetsbaar zijn voor verwondingen wanneer ze nog niet volledig ontwikkeld zijn. Ook als je hond oud genoeg is, is een controle bij de dierenarts voordat je met een nieuwe inspannende fysieke activiteit begint een van de beste dingen die je kan doen. Honden zijn stoïcijnse dieren en zijn er vrij goed in om verwondingen en ziektes voor hun baasjes te verbergen. De dierenarts kan je vertellen of je hond veilig kan joggen. Als je merkt dat je hond het moeilijk heeft of achterop ligt, is het het beste om te stoppen en hem te laten rusten of de rest te laten wandelen. Dwing je hond nooit om met je te gaan rennen.

Als je hond overgewicht heeft en dat de reden is dat je besloten hebt met hem te gaan rennen, wees je er dan van bewust dat hij in het begin waarschijnlijk een slechte conditie heeft. Bouw zijn uithoudingsvermogen geleidelijk aan op.

Samen met je hond beginnen te rennen

Als de dierenarts het ok vindt, kan je met heel weinig training al beginnen met rennen. Eenvoudige gehoorzaamheidstraining is meestal alles wat je nodig hebt om samen fijn te kunnen rennen. Desondanks is het belangrijk voor de veiligheid van jullie allebei dat je hond je niet meetrekt of tussen je benen begint te lopen; als hij de leiding neemt, kan dat jouw spieren en gewrichten in gevaar brengen. Je moet er ook zeker van zijn dat je hond kan stoppen, zitten en blijven als je op stoplichten moet wachten of drukke wegen moet oversteken. Het belangrijkste is dat je langzaam begint en de afstand geleidelijk aan opbouwt om verwondingen te voorkomen. Zo zou je immers ook beginnen als je zelf voor de eerste keer zou gaan rennen.

Zoals we in het begin al opmerkten, zijn honden er dol op om te snuffelen en te ontdekken. Het is onwaarschijnlijk dat jouw rensnelheid perfect is voor je hond, dus laat hem waar dat mogelijk en veilig is van de lijn. Het is hierbij essentieel dat je hem goed kan terugroepen: dit is een van de meest fundamentele commando's voor een goede relatie met je hond. Als je hem heel goed kan terugroepen, het veilig is en de lokale regels het toestaan, kan hij van de lijn af. De meeste honden zijn hier dol op. Hij kan stoppen als hij iets interessants ruikt en haalt je gemakkelijk weer in. Dit geeft hem de mogelijkheid om op een veel natuurlijkere manier te bewegen, zodat jullie allebei beter kunnen ontspannen.

Je zal opmerken dat je hond wanneer hij beter in vorm raakt langere afstanden zal kunnen afleggen, met een hogere snelheid. Controleer tijdens het rennen dat de poten en nagels van je hond niet gescheurd raken. Hoewel hij misschien begint te hinken als hij gewond is, kan het ook zijn dat hij zo blij is om samen met jou buiten te zijn, dat hij zijn verwonding op het moment zelf niet opmerkt of laat zien. Het is aan jou om ervoor te zorgen dat hij tijdens het bewegen veilig is.

Als rennen met je hond een vast onderdeel van je routine wordt, kan je het met de dierenarts hebben over de juiste voeding. Net als atleten hebben actieve honden meer calorieën en gevarieerder voedsel nodig dan een gemiddelde bankzitter. De juiste voeding en genoeg beweging zijn essentieel om je hond gezond te houden en samen zullen ze ervoor zorgen dat hij een lang, gelukkig leven kan leiden.

Veelgestelde vragen

1. Hebben alle honden er baat bij om mee uit rennen te gaan? Nee. Honden zijn net als mensen allemaal individuen: sommige houden van rennen, andere niet. Wandelingen, lichaamsbeweging zonder lijn en de mogelijkheid om te snuffelen en te ontdekken zijn belangrijker. Praat ook met de dierenarts over medische aandoeningen zoals artrose of hartproblemen; in zulke gevallen kan rennen schadelijk zijn.
2. Wat is het beste tijdstip om te gaan rennen met mijn hond? In het algemeen is het het beste om je hond vroeg in de ochtend of laat in de middag of 's avonds lichaamsbeweging te geven. Zo vermijd je de hitte van de dag.
3. Heeft mijn hond speciaal voer nodig als ik hem mee uit rennen neem? Waarschijnlijk niet, tenzij de lichaamsbeweging erg intens is. Je hond heeft misschien een beetje meer van zijn normale voer nodig als hij meer calorieën verbruikt en al op een gezond gewicht zit. Regelmatige controles bij de dierenarts van zijn gewicht en lichaamsconditie zijn nuttig om de hoeveelheid voer aan te kunnen passen. Als je ziet dat je hond te mager wordt wanneer hij het normale voer eet dat bij zijn levensfase past, kan de dierenarts een voer met meer calorieën aanbevelen.