Pancreatitis bij katten: tekenen, oorzaken en behandeling

Gepubliceerd door
minuten leestijd

Bekijk voeding voor jouw huisdier

Bekijk voeding voor jouw huisdier

Bekijk voeding voor jouw huisdier

Pancreatitis bij katten is een ontsteking van de alvleesklier. Maar wat doet een alvleesklier eigenlijk? Wat zorgt ervoor dat hij ontstoken raakt? Hoewel deze aandoening relatief weinig voorkomt, kan het belangrijk zijn voor de gezondheid van je kat om de tekenen van pancreatitis te leren herkennen.

De tekenen van pancreatitis bij katten herkennen

De alvleesklier is een klein orgaan tussen de maag en darmen van je kat. Dit orgaan heeft twee functies: de productie van de hormonen insuline en glucagon, die het bloedsuikergehalte reguleren, en de aanmaak van spijsverteringsenzymen die vet, eiwitten en koolhydraten helpen afbreken in de dunne darm.

Er zijn in het algemeen vier belangrijke problemen die zich kunnen voordoen in de alvleesklier:

  • Pancreatitis. Dit is een ontsteking van de alvleesklier, waarbij de beschadigde cellen enzymen lekken. Deze enzymen kunnen schade toebrengen aan de alvleesklier en omringende weefsels, met als gevolg pijn en mogelijk omvattende weefselschade. In de rest van dit artikel zullen we het voornamelijk over pancreatitis hebben.

  • Diabetes mellitus. Dit is een ziekte die de endocriene cellen in de alvleesklier aantast. Er zijn twee soorten diabetes: één waarbij het immuunsysteem van het lichaam de cellen die insuline produceren doodt (komt veel vaker voor bij honden en mensen dan bij katten) en één gerelateerd aan obesitas, insulineresistentie en een verminderde insulineproductie. In sommige gevallen is de tweede soort omkeerbaar.

  • Exocriene pancreasinsufficiëntie (EPI). Dit is wanneer de alvleesklier niet genoeg enzymen produceert om de voedingsstoffen - voornamelijk vetten - af te breken in de dunne darm. Dieren met EPI hebben vaak veel honger, maar hebben moeite om op gewicht te blijven. EPI is erg zeldzaam bij katten.

  • Kanker. Zoals bij elk systeem in het lichaam, kan kanker ook voorkomen in de alvleesklier.

Aangezien de alvleesklier veel verschillende taken vervult, lijken de tekenen van een probleem met de alvleesklier vaak op die van andere medische aandoeningen. Enkele van deze tekenen zijn:

Kat is herstellende met een kap in de vorm van een bloem en een poot in het verband.

  • Lusteloosheid.

  • Uitdroging.

  • Meer dorst en urineren (makkelijk te verwarren met tekenen van diabetes).

  • Weinig eetlust of weigeren te eten.

  • Gewichtsverlies.

Overgeven en buikpijn kunnen ook tekenen van deze aandoening zijn, maar deze tekenen komen meer voor bij mensen en honden met pancreatitis dan bij katten. Katten die stoppen met eten vanwege pancreatitis (of een andere oorzaak) lopen het risico om last te krijgen van leververvetting (leverlipidose). Deze katten kunnen ook tekenen van geelzucht vertonen, schrijft het Medisch Centrum voor Dieren. Zelf bij vage symptomen zoals lusteloosheid en minder eetlust is een bezoekje aan de dierenarts een goed idee. Leverlipidose is een ernstige aandoening die al snel fataal kan zijn, dus wanneer je kat stopt met eten, moet je onmiddellijk de dierenarts inschakelen. Ook een ziekenhuisopname kan noodzakelijk zijn. Hoe eerder je de tekenen opmerkt en met de behandeling kan beginnen, hoe beter de prognose van je kat.

Wat is de oorzaak van pancreatitis bij katten?

De exacte oorzaak van de meeste gevallen van pancreatitis bij katten is onbekend. De aandoening wordt echter in verband gebracht met de inname van vergif, parasitaire infecties of trauma's zoals een auto-ongeluk.

Bij katten hebben de alvleesklier, lever en darmen een iets andere anatomie dan bij honden; ze hebben vaak meer invloed op elkaar. Daarom krijgen kat met pancreatitis vaak ook last van darmontsteking of cholangiohepatitis, een veelvoorkomende ziekte waarbij de lever ontstoken raakt. Deze combinatie van drie componenten heet triaditis. Bij honden is er een verband tussen té vet voer en pancreatitis, maar bij katten lijkt vet geen trigger te zijn. 

Pancreatitis diagnosticeren bij katten

Bij katten wordt pancreatitis in twee categorieën opgedeeld: acuut (plotseling) of chronisch (voortdurend). Elk type kan mild of ernstig zijn. Frustrerend genoeg kunnen sommige katten ook periodieke vlagen van pancreatitis hebben. Er is een groot verschil tussen het aantal katten met pancreatitis en het aantal katten die daadwerkelijk de diagnose krijgen en behandeld worden. De reden is dat katten met een milde vorm van de ziekte vaak slechts weinig tekenen vertonen. Als symptomen niet specifiek lijken voor een bepaalde ziekte, maken baasjes vaak geen afspraak bij de dierenarts. Pancreatitis bij katten is ook niet eenvoudig met zekerheid te diagnosticeren zonder echo. Zelfs op een echo kan het moeilijk te vinden zijn; een specialist of zelfs een biopsie kan noodzakelijk zijn.

Gelukkig zijn dierenartsen voortdurend bezig om de diagnostische instrumenten te verbeteren. De serumtest op immunoreactiviteit van pancreaslipase bij katten (fPLI) is een eenvoudige, niet-invasieve bloedtest waarmee pancreatitis opgespoord kan worden. De serumtest op trypsineachtige immunoreactiviteit bij katten (fTLI) is niet zo betrouwbaar als de fPLI om pancreatitis te diagnosticeren, maar kan helpen om exocriene pancreasinsufficiëntie op te sporen. Volgens het Medisch Centrum voor Dieren kunnen katten met chronische pancreatitis deze ziekte ook ontwikkelen.

Hoewel de diagnostische instrumenten verbeterd zijn, is de diagnose pancreatitis nog steeds een vermoedelijke diagnose, aangezien de dierenarts van de buitenkant niets met zekerheid kan zeggen (tenzij er een biopsie van alvleesklierweefsel wordt uitgevoerd, maar dit wordt niet vaak gedaan).

Pancreatitis bij katten behandelen: spoedeisende zorg

Bij acute pancreatitis is het risico het grootst; er is bijna altijd een verblijf in het ziekenhuis bij nodig. Bij chronische pancreatitis kunnen, afhankelijk van de ernst van het geval, periodieke bezoekjes aan het ziekenhuis nodig zijn. Meestal kan het echter thuis behandeld worden.

In het ziekenhuis zal je kat een infuus met vloeistoffen krijgen. Dit is essentieel voor de meeste patiënten in het ziekenhuis om het lichaam gehydrateerd te houden en de gehaltes aan mineralen als natrium en kalium in balans te houden, vooral als je kat moet overgeven. Je kat kan antibiotica krijgen om het risico op suppuratieve (infectieuze) pancreatitis te verkleinen. De dierenartsen in het ziekenhuis zullen je kat ook pijnstillers geven en indien nodig medicatie tegen misselijkheid. Als ze minder misselijk is en minder pijn heeft, zal ze sneller haar eetlust terugkrijgen. Aangezien katten die niet eten risico lopen op leververvetting, kan de dierenarts een voedingsbuis inbrengen bij je kat om ervoor te zorgen dat ze goed gevoed blijft. Dit kan via de neus of, als er een grotere buis nodig is, direct in de slokdarm.

Je kat eten geven tijdens het herstel

De dierenarts zal je kat naar huis sturen wanneer hij er zeker van is dat ze zelf genoeg eet of dat jij in staat bent haar op een andere manier eten te geven, zoals via de eerdergenoemde voedingsbuis.

Er bestaan verschillende soorten voedingsbuizen. Er bestaat een type dat in een zachte halsband past, zodat je kat zich onder toezicht normaal kan bewegen en spelen. De dierenarts zal je de verschillende opties uitleggen en je leren hoe je voer, water en medicijnen kan toedienen via de buis. Hoewel voedingsbuizen er intimiderend en pijnlijk uit kunnen zien, zijn ze vrij eenvoudig te gebruiken, bezorgen ze je kat weinig overlast en zijn ze extreem belangrijk om haar essentiële calorieën en voedingsstoffen toe te dienen.

De dierenarts zal ervoor zorgen dat je precies het juiste voer hebt voor je kat. Het moet zeer goed verteerbaar zijn en het kan goed zijn dat het een therapeutisch voer is dat ook helpt tegen darm- en leverziekte. Zorg ervoor dat je de voedingsrichtlijnen van de dierenarts nauwlettend opvolgt; uitstekende voeding is het allerbelangrijkst om deze aandoening te overwinnen.

Hoewel bij ernstige gevallen van pancreatitis bij katten een verblijf in het ziekenhuis en gespecialiseerde zorg nodig zijn, zijn veel vormen van deze aandoening mild en ongevaarlijk. De beste manier om je kat gezond te houden is te leren hoe je de tekenen van een probleem kan herkennen en vervolgens snel te handelen. Zelfs katten die ook last krijgen van andere problemen, zoals exocriene pancreasinsufficiëntie of diabetes mellitus, kunnen met de juiste zorg een lang en gelukkig leven leiden.

Over de auteur

Mindy Cohan, VMD

Mindy Cohan is dierenarts in de omgeving van Philadelphia en is afgestudeerd aan de University of Pennsylvania School of Veterinary Medicine. Ze heeft een hond uit het asiel genaamd Jem. Mindy trekt er graag opuit met Jem, al luisterend naar podcasts over de Amerikaanse Burgeroorlog en Abraham Lincoln.

 

Gecontroleerd door Dr. Hein Meyer, DVM, PhD, Dipl-ECVIM-CA en Dr. Emma Milne BVSc FRCVS